DE DRUK DIE IK HET AFGELOPEN SEIZOEN ERVAARDE BIJ VITESSE WAS WEER HEEL ANDERS DAN IK HAD MEEGEMAAKT BIJ DE GROTERE CLUBS WAAR IK HEB GESPEELD"
Liefst 24 keer was Marco van Ginkel afgelopen seizoen aanvoerder van Vitesse in misschien wel het meest enerverende seizoen uit de clubgeschiedenis. De club waarvan hij de jeugdopleiding doorliep en voor debuteerde in het betaalde voetbal degradeerde en werd in het voortbestaan bedreigd. Van Ginkel probeerde het team als aanvoerder op een zo goed mogelijke manier te helpen. “De druk die ik het afgelopen seizoen ervaarde bij Vitesse was weer heel anders dan ik had meegemaakt bij de grotere clubs waar ik heb gespeeld. Daar ging het om winnen en verliezen op het veld. Nu ging het om zo veel factoren waar je geen invloed op kon uitoefenen. Als aanvoerder probeer je jongens te steunen. Iedereen is veel met zichzelf bezig. De sfeer is natuurlijk niet goed als je zes keer achter elkaar verliest. Dan probeer je je verantwoordelijkheid te pakken en krijg je veel over je heen. Daar leer je ook weer veel van."
Leerstof voor een volgend avontuur bij een club waar Van Ginkel als ervaren kracht ongetwijfeld weer een rol als een van de leiders zal spelen.
Infectie
Hij knokte de afgelopen tijd lang voor dat nieuwe avontuur in zijn tijdelijke clubloze periode. Zo konden nietsvermoedende voorbijgangers zomaar een achtvoudig international, die twee keer kampioen werd bij PSV en speelde voor Chelsea en AC Milan, bij De Vallevogels in Scherpenzeel zien trainen voor zichzelf. Bij de club waar het voor hem allemaal is begonnen, probeert hij zijn conditie op peil te houden. Daarnaast peddelt hij fanatiek, de lievelingssport van menig (oud) voetballer die hem steeds meer pakt. Het was een van de sporten waarmee hij zijn lijf in actie bleef houden, totdat een nieuwe club zich aandient voor wat weleens een laatste fraaie episode van zijn wonderlijke voetbalcarrière kan worden.
Een onzekere tijd, maar Van Ginkel heeft voor zwaardere opgaven gestaan in zijn carrière die getekend werd door blessures, maar die hem ook prach en praal opleverde. In 2019 vond hij zichzelf terug in een ziekenhuis in Duitsland toen een gevaarlijke infectie ervoor zorgde dat hij moest vrezen om nooit meer normaal te kunnen lopen. Drie operaties in vijf dagen tijd rond de kerstperiode redde zijn knie. Alleen ultrapositieve mensen als Marco van Ginkel komen die psychologische dieptepunten te boven.
John Terry
Toen al had hij gespeeld in de Champions League, een doelpunt gemaakt voor AC Milan en memorabel gedebuteerd voor Oranje tegen Duitsland. “In 2013 kwam ik in de kleedkamer bij Chelsea terecht. Daar zag ik hoe John Terry een echte aanvoerder was. Hij was een voorbeeld in alles voor de hele selectie. Op het veld stond hij altijd vooraan en voor de wedstrijd gaf hij geweldige speeches.” Terry was een harde, nietsontziende verdediger. “Maar hij was ook een goede medespeler die tegen mij als nieuweling zei dat ik naast hem kon zitten in de kleedkamer. Hij stelde me direct op mijn gemak. Dat was fijn en dat heb ik onthouden toen ik later bij PSV en Vitesse zelf een van de leiders was. John kon ook hard zijn en duidelijk. Als je samen wil winnen en een speler doet iets wat niet past dan wordt dat duidelijk aangegeven.” Terry was in het Chelsea van toen niet de enige leider. “Het was een team met Frank Lampard, Didier Drogba, Petr Cech en Ashley Cole.
José Mourinho was trainer en zei destijds weleens dat hij weinig hoefde te zeggen tegen ons. De selectie begreep zelf wel wanneer er moest worden ingegrepen en wanneer niet. Niemand deed gek.” Lampard was weer heel anders dan Terry. “Frank was veel rustiger. Hij zei veel minder dan Terry, maar was alleen al een leider vanwege zijn kwaliteiten op het veld.” Ook toen hij bij Chelsea geblesseerd raakte en lang niet kon spelen, was Terry er voor hem. “Hij stuurde me direct berichten en informeerde vaak hoe het met mijn revalidatie ging. Ik heb me daardoor altijd welkom gevoeld bij Chelsea. Er werd zo echt een familieband gecreëerd.”
"IK TREK ME DINGEN AAN EN WIL ER GRAAG ZIJN VOOR TEAMGENOTEN"
Stoke City
Van Ginkel werd door Chelsea uitgeleend aan Stoke City en kwam daar weer in een heel andere kleedkamer terecht. “Met veel jongens van boven de dertig. Engelse, Schotse en Ierse jongens die allemaal precies weten hoe ze een wedstrijd moeten winnen. Peter Crouch, Glenn Whelan en Ryan Shawcross. Ze maakten er een hechte groep van en hadden allemaal een geweldige mentaliteit. Je streed er echt met z’n allen voor. Dan merk je dat leiderschap in een groep heel belangrijk is. Dat was dan weer anders dan bij AC Milan, waar wel betere spelers voetbalden, maar geen jongens die erin slaagden om een echt team te vormen.”
Succes
In Arnhem bij Vitesse en in Eindhoven bij PSV was Van Ginkel zelf een van de leiders. “Ik ben altijd wel betrokken geweest bij een spelersgroep. Ik trek me dingen aan en wil er graag zijn voor teamgenoten.” Als aanvoerder kon hij met trainer Phillip Cocu lezen en schrijven. “Dat is fijn werken voor een aanvoerder. Als je samen succes hebt gehad, schept dat toch een band.” Later wilde trainer Roger Schmidt bij PSV graag dat de aanvoerder net voor de wedstrijd de rest van het team toesprak. “Iedereen komt dan bij elkaar, ook de technische staf en de materiaalmeesters. Ik vond dat wel mooi, maar inmiddels ben ik zo vaak aanvoerder geweest dat ik op zo’n moment ook niet meer zo origineel uit de hoek kan komen haha.”